Friday, July 29, 2016

Ecolodge Bukit Lawang, groen verblijf op de rand van de jungle in Noord Sumatra

Ecolodge Bukit Lawang; groen verblijf op de rand van de jungle in Noord Sumatra



Een kleine wiebelende hangbrug over de rivier Bohorok is de verbinding tussen de parkeerplaats en het groene terrein van Ecolodge Bukit Lawang. 

Vanaf de brug kun je naar rechts en dan sta je direct in een prachtige tropische tuin vol planten en bloemen die in Nederland vaak alleen in warm gestookte woonkamers staan. En dan ook nog een slag kleiner! Een aantal van de kamers liggen verscholen in deze tuin. Ga je van de brug af naar rechts, dan loop je eerst langs een aantal indrukwekkend grote bomen alvorens je bij de laatste ecologische aanwinst van de lodge komt; het nieuwe, voor 90 procent uit bamboe gemaakte restaurant. Indrukwekkende bamboestammen zijn verwerkt in een kunstige constructie die lijkt op een schip. De naam van het nieuwe restaurant is dan ook ‘Kapal Bambu Restaurant’ oftewel het bamboeschip restaurant.

Het gebouw is aan alle kanten open, waarbij je aan de ene kant uitzicht hebt op de rivier en aan de andere kant kijk je naar het groen van de jungle, die direct naast het restaurant als een dichte ondoordringbare muur optrekt. De inrichting van het restaurant is kleurrijk, met roze, paarse, gele , oranje en groene aspecten, terwijl het meubilair uiteraard van bamboe is. Als je binnenkomt loop je eerst tegen de bar aan, een goede plek om de avond te starten met een aperitief of om te eindigen met een afzakker. Je kunt het drankje ook meenemen naar boven, waar zitzakken een loungeverdieping compleet maken. Vooral ’s avonds zien de kleurige lampjes er feestelijk uit, zeker van een afstand.












Een verblijf in de Ecolodge draagt op meer punten bij aan ecologisch verantwoord slapen; Het vuil wordt gescheiden ingezameld, waarvan het organische afval tot compost wordt verwekt. Water uit toiletten, douches en de keuken wordt gefilterd met speciale filters voordat het naar basins gaat waar planten groeien die goed zijn in het opzuigen van Phosphaten en andere chemicaliën. In  de keuken wordt zoveel mogelijk gewerkt met kruiden uit eigen tuin naast verse producten van de markt. Daarnaast worden er alleen natuurlijke geur-en smaakstoffen gebruikt in het eten.Palmolie en margarine worden niet gebruikt bij het koken, omdat dit de grootste vernietigers zijn van het Indonesische oerwoud.

De ligging van de ecolodge, op de rand van het oerwoud,maakt een verblijf wel heel bijzonder. Overdag lopen er regelmatig Thomas Leafmonkeys en grijze langstaart makaken rond op het terrein en ’s avonds hoor je allerlei typische oerwoudgeluiden. Een tropische regenbui zo nu en dan maakt het compleet. Veel dichter kun je niet bij de natuur komen.


Vanuit de Ecolodge Bukit Lawang kun je uitstekende trektochten maken in het oerwoud van het Nationaal Park Gunung Leuser. Je kunt kiezen tussen een  ½-, een hele- of meerdere dagen. De grootste attractie in de jungle is de orang-oetang.





Wednesday, July 6, 2016

Borobudur: hoogtepunt van een Indonesië-reis


“Waar is die Borobudur toch!”
De eerste zonnestralen strijken al over het landschap. Ik tuur ingespannen in de verte, maar zie tussen de mistflarden alleen maar glinsterende rijstvelden en silhouetten van palmtoppen en heuvelruggen. Pas als gids Ade mij in de juiste richting wijst, herken ik de contouren van de Borobudur. En daarna is het snel bekeken: hoe lichter het wordt, hoe meer het monument zich losmaakt uit zijn omgeving. Na een tijdje lijkt de Borobudur zelfs op mistflarden boven het landschap te zweven.

Samen met Ade stapte ik deze ochtend bij mijn hotelletje op de fiets. Onder begeleiding van het islamitisch ochtendgebed, dat uit luidsprekers van een lokale moskee schalde, fietsten we een half uur in het donker, naar de voet van een heuvel. Een korte wandeling naar de top, en we stonden klaar om, samen met enkele tientallen andere bezoekers, de zon boven de Borobudur op te zien komen. 
Heilige berg, stoepa en lotusbloem

“Van een afstand lijkt de Borobudur op een berg”, vertelt gids Ade. “En niet zomaar een berg: het is de heilige Mahameru in India, de verblijfplaats van de goden.”
 Net als de Olympus in Griekenland, bedenk ik me.
 
“In de Javaanse en hindoe-boeddhistische cultuur vormen bergen heilige plekken met goddelijke kracht”, vervolgt Ade. “Door middel van meditatie in berggrotten kan men deze goddelijke kracht benaderen. Bij de Borobudur zal je straks zien dat aan iedere zijde van het bouwwerk tientallen Boeddhabeelden in grotachtige nissen zijn geplaatst. Dit zijn goden of asceten, die op deze heilige berg mediteren.”

De vorm van de Borobudur wordt ook wel vergeleken met een stoepa en met een lotusbloem. Een stoepa is een klokvormig, boeddhistisch symbool, waarin relikwieën of as van overledenen worden bewaard. Of dit bij de Borobudur ook het geval is geweest, is nooit bewezen. De kleurrijke lotusbloem, die oprijst uit modderig water, is ook een bekend boeddhistisch symbool. Er zijn theorieën dat de Borobudur ooit werd omgeven door water, maar ook hier zijn nog geen harde bewijzen voor gevonden.

De komst van hindoe-boeddhisme naar Java

Na zonsopkomst fietsen we de heuvel af richting Borobudur. We passeren de dorpsmoskee, vanwaar deze ochtend het gebed klonk, en ik realiseer me de uitzonderlijke positie die de boeddhistische Borobudur inneemt in dit overwegend islamitische Java. Gids Ade legt uit dat boeddhisme en hindoeïsme vanaf de 4de eeuw vanuit India via handelsstromen in de Indonesische archipel terecht kwamen. Er ontstonden lokale vorstendommen die toegang hadden tot Indiase filosofie en bouwkunst. In Midden-Java werden tientallen stenen tempels gebouwd naar Indiaas voorbeeld (zoals Gedung Songo, Dieng, Prambanan).
Borobudur, 19de eeuwse prent
“Maar de Borobudur is uniek”, benadrukt Ade. “Bij de bouw van de Borobudur vermengden lokale bouwmeesters Indiase, hindoe-boeddhistische invloeden met hun eigen, Javaanse cultuur en creëerden zo een geheel nieuwe bouwvorm. De Borobudur was een nieuw concept, dat zijn gelijke niet kende in India en als voorbeeld ging dienen voor latere bouwwerken in de rest van Zuidoost Azië. Vergelijkbare hindoe-boeddhistische tempels in Cambodja, Thailand of Myanmar zijn allemaal minstens 150 jaar later gebouwd.”

In de voetsporen van pelgrims

Even later staan we aan de voet van de Borobudur. Het bouwwerk is kleiner dan ik had verwacht en het valt eigenlijk een beetje tegen: compact, donker en op het eerste gezicht weinig detaillering.

“Vanuit heel Azië kwamen pelgrims hiernaartoe”, vertelt Ade. “Men schat dat de Borobudur werd gebouwd tussen 760 en 830 AD. Door de compacte vorm lijkt het misschien geen groots bouwwerk, maar toch meet iedere zijde 123 meter, is de centrale stoepa 45 meter hoog, zijn er meer dan een miljoen stenen gebruikt en kun je 1460 panelen met reliëfs en 504 Boeddhabeelden bewonderen.”

Als we rond de voet van het monument lopen vertelt Ade verder: “De Borobudur vormde het eindpunt van een pelgrimsroute. Het functioneerde niet als tempel, maar was een onderwijsinstituut, in een tijd dat de meeste mensen niet konden lezen en schrijven. Aan de hand van reliëfs op de Borobudur legden monniken de boeddhistische leer uit aan pelgrims. De reliëfs waren toen waarschijnlijk van kleur voorzien, maar daar is niets meer van over. Vandaar dat het nu nogal donker overkomt.”

Boeddhisme heeft als doel mensen te helpen om verlossing te bereiken uit cycli van lijden en reïncarnatie. Nirwana (‘hemel’, of een toestand van verlichting) kan pas worden bereikt na een lange reeks van juiste levens en daaropvolgende reïncarnaties. In de periode dat de Borobudur werd gebouwd verschoof het accent binnen het Javaans boeddhisme naar een vorm, waarbij men snellere verlossing kon bereiken door het uitvoeren van rituelen en het verrichten van bepaalde geestelijke en lichamelijke oefeningen. Verlichte, hemelse wezens (bodhisattva), in feite een soort engelen, gingen een grote rol spelen, evenals mandala: geometrische voorstellingen die worden gebruikt bij meditatie.

Voor de vorm van de Borobudur had deze accentverschuiving grote gevolgen. Tijdens de bouw werd het ontwerp verschillende keren aangepast. Bovenop de oorspronkelijke, taps toelopende, vierkante terrassen, werden nu enkele ronde terrassen geplaatst, versierd met tientallen stoepa’s. Van een simpel bouwwerk in piramidevorm, overeenkomstig Javaanse bouwtradities (een heilige berg), ontstond nu een gecompliceerd bouwwerk dat van bovenaf de vorm van een mandala kreeg.

Borobudur 1920-1930
“Heilige berg, stoepa, lotusbloem en nu dus ook mandala”, merk ik op.
“Klopt”, zegt Ade. We staan stil bij een hoek van de Borobudur, waar de voet deels is opengelegd en enkele reliëfs van de oorspronkelijke plint zichtbaar zijn.
“Deze afbeeldingen vertellen over de wetten van oorzaak en gevolg (karma). Toen de ronde terrassen bovenop het bouwwerk werden geplaatst, bleek het geheel te zwaar en werd besloten om een extra rij stenen als fundament rond de oorspronkelijke voet te plaatsen. Sindsdien zijn de reliëfs over karma niet meer zichtbaar. Alleen deze hoek werd begin 20ste eeuw voor bezoekers opengelegd.”

De reliëfs en het leven van Boeddha

Het is tijd om, net als pelgrims, de trappen van de Borobudur te bestijgen en de verhalen van het boeddhisme aan ons voorbij te laten trekken. Een pelgrimage naar de Borobudur was een manier om in de voetsporen van bodhisattva te treden en zo sneller verlichting te bereiken. Bij terugkomst in hun woonplek werden pelgrims als heiligen onthaald, vergelijkbaar met de huidige status van haji, na terugkeer van de bedevaart naar Mekka.

“Om verlichting te bereiken, doorlopen bodhisattva tien stadia van vervolmaking”, legt Ade uit, terwijl we door de eerste galerij wandelen. “Dit komt tot uiting in de tien series reliëfs die op de Borobudur zijn aangebracht. Hier links, aan de binnenzijde van de balustrade, zie je twee series en rechts aan de binnenmuur ook nog eens twee. Vier series reliëfs dus op dit eerste terras, en twee series op ieder van de drie overige, vierkante terrassen.”

Pelgrims liepen langs de reliëfs en leerden over de vroegere levens van Boeddha (Jataka en Avadana), over het leven van Boeddha Gautama, van geboorte tot zijn eerste prediking (Lalitavistara), en over de reizen van koopman Sudhana, op zoek naar wijsheid (Gandavyuha). Het verhaal van Sudhana neemt de meeste ruimte in beslag (terrassen 2, 3 en 4) en dat is geen toeval. De Borobudur was immers bedoeld om gewone stervelingen, zoals Sudhana, een snelle weg naar verlossing en nirwana te bieden.

We lopen ondertussen al op het derde terras en het valt me op hoe gesloten de galerijen voelen.
“Ook daar is over nagedacht”, legt Ade uit. “Terwijl pelgrims door de vierkante galerijen liepen en de reliëfs bestudeerden, hadden ze geen uitzicht op de omgeving en ook konden ze geen moment de ronde terrassen op de top zien. Ze leerden hier nog, zaten nog opgesloten in hun aardse leven. De trap naar het nirwana, de overgang van vierkante naar ronde terrassen, werd pas beklommen nadat de rituele rondgang was voltooid en alle kennis was vergaard. Bovenop wachtte dan letterlijk een gevoel van bevrijding: het nirwana was bereikt en voor het eerst had men een vrije blik op de omgeving.”

En inderdaad heb ik even later vanaf de ronde terrassen voor het eerst een prachtig uitzicht op de omgeving: de heuvelrug vanwaar we vanochtend de zon zagen opkomen en de indrukwekkende vulkanen Merbabu en Merapi aan de andere kant. Uit de top van de actieve Merapi kronkelt een dunne sliert witte rook.

“De ronde terrassen stelden de perfectie van het nirwana voor: een vorm zonder begin en einde”, legt Ade uit. “Reliëfs zijn hier niet meer nodig, er is immers niets meer te leren. We worden hier slechts vergezeld door Boeddhabeelden in de 72 stoepa. Let ook op de mudra (handstand) van de beelden. De boeddha’s in de grotachtige nissen van de lagere terrassen hadden aan iedere zijde een eigen mudra, maar hier bovenop hebben alle beelden eenzelfde handstand: ‘het draaien van het rad van de leer’, symbool voor de eerste prediking die het proces van verlossing in beweging zette.”

Een tweede leven voor de Borobudur

Begin 10de eeuw, kort na voltooiing van de Borobudur, gebeurde er iets op Java waardoor het centrum van de macht naar het oosten verschoof. Nog steeds is niet duidelijk wat er plaatsvond: een hongersnood door droogte of epidemie, vulkaanuitbarsting, aardbeving of oorlog. Feit is dat de Borobudur in een randgebied kwam te liggen en het bouwwerk niet meer actief werd onderhouden. Opeenvolgende aardbevingen en vulkaanuitbarstingen hadden hun effect.

“Bij de laatste uitbarsting van de Merapi in 2010 lag er binnen korte tijd een laagje grijze as over het hele bouwwerk”, vertelt Ade. “Mijn buitenlandse gasten vertelden me dat het leek alsof het gesneeuwd had. Zelf heb ik uiteraard nog nooit sneeuw gezien. De vulkanische as bleek bijzonder lastig te verwijderen en was vanwege het hoge sulfergehalte ook nog eens agressief. De archeologische dienst had enkele maanden nodig om het monument schoon te maken.”

Met de komst van de islam verdween vanaf de 15de eeuw het hindoe-boeddhisme uit Java. De Borobudur werd niet meer gebruikt. Tropische begroeiing nam bezit van het bouwwerk. Javanen wisten van een afgelegen ‘tempelberg’ en op basis van deze berichten liet Thomas Raffles in 1814 een onderzoek instellen. Een expeditie herontdekte toen de ware vorm en betekenis van het bouwwerk. Hiermee begon een tweede leven voor de Borobudur.

Terwijl we de trappen van de Borobudur afdalen, vraag ik me af wat dit bouwwerk nou zo bijzonder maakt. Niet het uiterlijk, maar eerder het idee dat de bouwmeesters filosofie en ritueel in steen hebben uitgedrukt. Een poging om het onzichtbare en ongrijpbare in fysieke vorm vast te leggen. De Borobudur is een bouwwerk dat oproept tot contemplatie, een bouwwerk dat pelgrims moesten doorgronden. En deze kracht heeft de Borobudur tot op heden behouden.

Emile Leushuis, juli 2016
www.indotracks.nl